De voorzitter van het Comité 4 en 5 mei Velsen hield zijn jaarlijkse toespraak:
4 mei Herdenkingsspeech
Thema: 80 jaar vrijheid
Geachte aanwezigen,
Dank dat u hier vanavond samen bent gekomen. Uw aanwezigheid onderstreept de kracht van herinnering. Van verbondenheid. Van het besef dat vrijheid niet vanzelfsprekend is — en dat herdenken een gezamenlijke verantwoordelijkheid is.
Vandaag, op 4 mei, herdenken wij in Velsen de Nederlandse slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog.
En ook de slachtoffers van oorlogssituaties en vredesmissies daarna.
We staan stil bij de vele gezichten van verlies.
Bij militairen en bij burgers.
Bij mensen uit het verzet.
Bij onze Joodse landgenoten, die zijn gedeporteerd en vermoord.
Bij álle mensen die hun leven verloren door vervolging, door oorlog, door verzet.
Die verhalen zijn niet abstract. Niet ver weg.
Ook hier, in onze eigen regio, heeft de oorlog diepe sporen nagelaten.
De haven van IJmuiden had grote strategische waarde voor de Duitse bezetter.
Het gebied werd daarom onderdeel van de zogenaamde Atlantikwall – een immense
verdedigingslinie die zich uitstrekte van Noorwegen tot Zuid-Frankrijk.
IJmuiden werd tot vesting verklaard: Festung IJmuiden.
Het was een van de zwaarst verdedigde plekken van de hele Nederlandse kust.
Dat had ingrijpende gevolgen voor de inwoners.
Wijken werden gesloopt. Straten verdwenen.
Duizenden mensen moesten hun huis verlaten.
Een samenleving werd letterlijk uit elkaar gerukt.
Wat betekent het om te moeten vertrekken, omdat jouw woonplaats een oorlogsgebied wordt?
Wat betekent het om je buren, je vrienden, je school, je werk, je vertrouwde omgeving achter te moeten laten – zonder zekerheid, zonder perspectief?
Maar zelfs te midden van die ontwrichting, groeide ook hier het verzet.
Mensen boden onderdak aan onderduikers.
Ze weigerden medewerking aan de bezetter.
Ze brachten geheime informatie over.
Enkelen verspreidden illegale kranten of hielpen mensen te vluchten.
Ze namen enorme risico’s — vaak met hun eigen leven als inzet.
Hun moed verdient onze blijvende erkenning.
Onder de slachtoffers van de oorlog waren ook Joodse inwoners van IJmuiden en omliggende dorpen.
Velen van hen werden opgepakt. Afgevoerd naar Westerbork. En van daaruit — naar Auschwitz, naar Sobibor.
We weten: slechts een enkeling keerde terug.
Hun namen, hun verhalen, hun levens: ze vormen een onuitwisbaar onderdeel van onze lokale en nationale geschiedenis.
Ze leven voort in onze herinnering — en in onze verantwoordelijkheid.
Vandaag denken wij ook aan de Nederlandse militairen die zijn omgekomen:
In de meidagen van 1940.
In Nederlands-Indië.
In Korea.
En tijdens vredesmissies in Libanon, Bosnië, Afghanistan en Mali.
Veteranen dragen die geschiedenis met zich mee.
Zij herinneren ons eraan dat vrede nooit vanzelf komt.
Dat veiligheid vraagt om inzet, soms zelfs om offers.
En dat vrijheid verdedigd moet worden — telkens opnieuw.
Geachte aanwezigen,
4 mei is méér dan een moment van herdenking.
Het is ook een moment van reflectie.
Wat betekent vrijheid – vandaag, in 2025?
Want we zien het om ons heen:
Opnieuw is er oorlog op ons continent.
Democratieën staan onder druk.
De toon in het publieke debat wordt harder.
Groepen mensen worden uitgesloten.
Sommigen worden bedreigd, enkel om wie ze zijn of wat ze geloven.
Daarom moeten we onszelf de vraag blijven stellen:
Wat is vrijheid nog, als we haar niet samen dragen?
Vrijheid is méér dan een recht.
Het is een waarde die alleen leeft, als we haar delen.
Vrijheid betekent: Mogen zijn wie je bent.
Geloven wat je gelooft.
Liefhebben wie je liefhebt – zonder angst.
Vrijheid betekent ook: Spreken – en luisteren.
Onrecht benoemen.
Niet zwijgen als anderen het zwijgen wordt opgelegd.
Vrijheid is niet iets van jou alleen.
Vrijheid is iets van ons allemaal —
of ze is er niet.
En dat maakt vrijheid ook kwetsbaar.
Want als we haar vanzelfsprekend vinden, verliezen we haar sneller dan we denken.
Daarom moeten we blijven herinneren.
Maar ook blijven handelen.
In onze woorden. In onze keuzes. In hoe we samenleven.
Tot slot
Vandaag herdenken wij de slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog.
We staan stil bij hen die hun leven gaven voor onze vrijheid.
En we denken aan de mannen en vrouwen die niet terugkwamen van vredesmissies.
Aan de veteranen die zich onvermoeibaar hebben ingezet voor vrede, voor rechtvaardigheid, voor veiligheid.
In stilte denken we ook na over wat vrijheid voor ons betekent.
Voor onszelf.
Voor onze kinderen.
Voor de toekomst.
Vrijheid is geen bezit, maar een opdracht.
Een werkwoord.
Zoals wij vandaag herdenken,
moeten wij morgen handelen.
Opdat vrijheid niet alleen een herinnering blijft — maar een levende belofte, die we doorgeven.
Van generatie op generatie.
Pas dan, tachtig jaar na de bevrijding, zijn we werkelijk vrij.
Dank u wel.
Peter Hamersma (voorzitter)

De gedichten van de kinderen
